Sunday, August 18, 2013

Merkel: overwegen om de macht van EU te verminderen



Gepubliceerd op Knack.be

De Duitse Bondskanselier Angela Merkel deed deze week een opmerkelijke uitspraak in een interview. Voor de eerste keer dat ze het zo duidelijk stelde, zei ze dat de discussie in Europa niet alleen moet gaan over het overdragen van meer macht door de lidstaten naar de Europese Unie, maar ook over het omgekeerde.


Angela Merkel zei: "'Meer Europa' kan niet alleen slaan op de overdracht van bevoegdheden van de nationale staten naar Europa, maar betekent ook dat we onze nationale politieke acties intensiever en krachtiger met anderen coördineren. Nu bespreken we of er nog meer bevoegdheden naar Europa moeten. Maar we kunnen ook kijken of we iets terug kunnen geven. De Nederlanders praten hier momenteel over. Wij zullen die discussie ook gaan voeren na de verkiezingen."

Merkel verwijst daarbij uitdrukkelijk naar de voorstellen die de Nederlandse regering in juni deed in verband met het terug overhevelen van beleidsterreinen naar de lidstaten. De Nederlanders schoven daarbij een lijst met een aantal terreinen naar voren waarop de EU zich volgens hen op basis van het subsidiariteitsbeginsel terughoudender zou moeten opstellen, zoals strafprocesrecht, directe belastingen en sociale zekerheid. Daarbij stelde de paarse regering-Rutte: "De tijd van een 'ever closer union' op alle mogelijke beleidsterreinen is echter voorbij, zo is de stellige overtuiging van het kabinet."

Merkel uit nu openlijk haar sympathie voor deze benadering. Bovendien maakt ze daarbij ook een opening naar Groot-Brittannië, waar de publieke opinie zich meer en meer zorgen maakt over de macht die de EU over de jaren heeft verworven. De Britse Eerste Minister David Cameron wil een onderhandelde terugkeer van bevoegdheden, wat hij dan per referendum wil voorleggen aan de bevolking. Enkele van zijn partijleden die hun voorstellen daarvoor in Berlijn kwamen bepleiten kregen naar eigen zeggen de boodschap van medestanders van Merkel dat zij die voorstellen ondersteunt. Merkel wil de Britten graag aan boord houden in de EU, om te vermijden dat die door de Latijnse landen zou worden gedomineerd, maar niet ten alle prijze, natuurlijk.

De Duitse verkiezingen zijn ongetwijfeld één van de redenen waarom Merkel dit signaal geeft, maar er is veel meer aan de hand. Een recente peiling door het gerenommeerde Pew Research geeft aan dat de EU zowat overal in Europa, maar zeker ook in Duitsland, aan steun verliest. Dat kan men ook merken aan het politieke discours. Politici van de Duitse regeringspartijen varen op geregelde wijze uit tegen de 122 miljard euro aan noodleningen aan andere eurolanden, processen over de vraag of alle acties om de euro te redden wel grondwettelijk zijn krijgen ruime media-aandacht en opiniemakers van allerlei slag gaan tekeer tegen de "ontketende Brusselse bureaucratie".

De gerespecteerde Bundesbank, die nu op geregelde wijze in de minderheid wordt gestemd binnen de ECB, uit vaak openlijk kritiek op diezelfde ECB, en op enkele weken van de verkiezen publiceert de pers toevallig een vertrouwelijk Bundesbank-document dat stelt dat Griekenland een derde steunpakket nodig zou hebben, ten laatste tegen januari 2014.

Recent werd bekend dat de voormalige Bondskanselier Helmut Schmidt 38.000 van zijn favoriete mentholsigaretten zou hamsteren uit vrees voor een verbod door de EU. De leider van de Duitse sociaal-democraten, Peer Steinbrück, zei dan weer honderden traditionele gloeilampen die ook al door de EU werden verboden in zijn kelder te hebben opgeslagen. Hij stelde daarbij dat "de Europese Commissie moet ermee ophouden om elk klein detail te willen regelen".

Deze discussie gaat dus voorbij aan de links-rechtstegenstelling. De symbolische zaken die de pers halen vertegenwoordigen bovendien wel degelijk de realiteit. Met Open Europe berekenden we dat 66% van de impact van regulering in Duitsland afkomstig is van het EU-niveau (dat cijfer is 69% voor België), waar de Duitse regering natuurlijk wel invloed heeft.

Dat blijft natuurlijk allemaal niet zonder gevolgen. Het vreselijke Duitse oorlogsverleden zou als argument moeten dienen om vooral geen vraagtekens te plaatsen bij de macht van het Europese beleidsniveau, maar wordt tegelijk bij protesten in Zuid-Europese landen opgerakeld om de Europese beslissingen die men als Duitse beslissingen ervaart te bekritiseren. Een Italiaanse krant, gecontroleerd door Silvio Berlusconi, ging zelfs zo ver om de EU als het "Vierde Rijk", geleid door Duitsland, te omschrijven. Complete onzin, uiteraard. Als er één land is dat zich onvoorwaardelijk tegen oorlog en allerlei riskante inmengingsavonturen in het buitenland keert is het wel Duitsland. Zo weigerde het niet enkel de Irak-oorlog maar ook de oorlogsoperatie in Libië te ondersteunen, terwijl dit in het Belgisch Parlement bijvoorbeeld nagenoeg unanieme steun kreeg.

De dynamiek van de eurocrisis dwingt de Duitsers - en anderen - om miljardenleningen uit te schrijven, als ze de euro willen behouden (en zwalpende Noord-Europese banken dan niet hoeven te herstructureren). Het is evident dat de Duitse belastingbetaler dan controle wil op wat er met dat geld gebeurt, met als gevolg zaken als een op Duitse leest geschoeid Europees Begrotingsverdrag. Het zou echter een grote vergissing zijn om te denken dat Duitsland zich hier goed bij voelt, wat de uitspraken van Merkel illustreren. Duitsers zijn nog altijd grote voorstanders van de oorspronkelijke Europese idee om de grenzen te openen voor handel en reizen, en dat is een goede zaak. Maar zij beseffen maar al te goed dat dit niet hetzelfde betekent als beleidsbeslissingen outsourcen naar de EU.

Net zoals in andere Europese landen worden er ook bij onze oosterburen meer en meer vraagtekens geplaatst bij de grijsgedraaide plaat dat we steeds meer zouden moeten centraliseren om maatschappelijke problemen aan te pakken. Dat nationale overheden zware fouten maakten in het bestrijden van de financiële crisis en die crisis zelfs hebben veroorzaakt is een analyse die velen delen.

De oplossing om de verantwoordelijkheid dan maar door te schuiven naar een voor de meeste mensen obscuur supranationaal beleidsniveau dat mislukkingen zoals het Europees Landbouwbeleid of de Eurocrisis op zijn conto heeft staan komt echter meer en meer onder kritiek. Politici mogen dan wel vaak voorstander zijn van deze methode die beslissingen verder afschuift van de controle van de pers en publieke opinie, uiteindelijk zullen ze toch diezelfde publieke opinie moeten volgen. Dat is wat Angela Merkel doet.